Fijnere leefomgevingen
Voormalig Rijksbouwmeester Floris Alkemade schreef in de twopager over de City Deal Geluk & Gezondheid: “Een verdichtende stad is niet vanzelfsprekend een gezonde en gelukkige stad. Hoe gaan we om met die complexiteit, hoe kunnen we belangen slim koppelen en kansen creëren voor een fijnere leefomgeving voor nieuwe en huidige inwoners? Dat is wat deze City Deal beoogde.” Wat zie jij als aanknopingspunten op deze vragen?
Jos: “De overheid maakt zich zorgen over de gezondheidsverschillen en de onderliggende stapeling van maatschappelijke uitdagingen zoals werkloosheid, armoede, onderwijsachterstand en woonkwaliteit op veel plekken in ons land. Regulier beleid en kortdurende projecten bieden hier weinig soelaas; er is méér nodig om het tij te keren en deze inwoners en hun kinderen perspectief te bieden. De zorg kan bovendien de vraag niet meer aan. Het vraagt om voorkómen in plaats van genezen, om duurzame oplossingen, om herverdeling van middelen en om gerichte aandacht voor de bijdrage van gebiedsontwikkeling aan gezondheid en geluk.”
Het is dus nog steeds een zeer actuele vraag. Goed om te horen dat de overheid zich hier zorgen over maakt en dit wil aanpakken. Zeker aangezien de kosten van deze problemen vele malen hoger is dan de investeringen die nodig zijn om het te verminderen. Hoe kan volgens jou vastgoed bijdragen aan het voorkómen? Of moet de overheid hier dan toch een meer initiërende rol in pakken?
Jos: “Vastgoed moet niet het enige zijn. Het gaat om vergaande emancipatie. Ooit hoorde ik een presentatie over het Nationaal Programma Rotterdam Zuid. Oplossingen beginnen volgens hen bij het ontwikkelen van strategieën voor onderwijs en werkgelegenheid. Daarna komt de vastgoedvraag pas op tafel. Help een buurt vooruit door te emanciperen en perspectief te bieden. Dat geeft een impuls voor geluk. De omgeving past zich aan doordat mensen zich meer en meer verantwoordelijk gaan voelen; omdat leven in de plaats komt van overleven. Uiteraard moeten initiatieven vanuit vastgoed hier wel op aansluiten.”
Leven in plaats van overleven
Ik ben er van overtuigd dat de stedenbouwkundige opzet en vastgoed hier absoluut een belangrijke rol in hebben. Ik zie het in de praktijk. Zo heb ik in het – deels sociale – woningbouwproject Utregs Geluk zelf ervaren dat net wat meer aandacht voor de vormgeving van de huizen zoals bijzonder metselwerk, vaste cortenstalen plantenbakken en meer – zodat het er verzorgd uit ziet en mensen er trots op zijn – en voor ruimte om voor de deur veilig te spelen, kletsen met je buren, het geluk en de saamhorigheid verhoogt.
Ook bij de huurwoningen Verandawoningen in Vleuten bleek tijdens de ‘Zoveel-jaar-na-oplevering-fotoshoot’ dat voor je voordeur lekker kunnen spelen en onder de veranda’s die liggen aan de autoluwe straten met je buren kletsen, zorgt voor meer geluk en verbondenheid. Als mensen zich veilig voelen, gesteund voelen door hun buren, trots zijn op hun woonplek en als kinderen makkelijk kunnen spelen, bij buren binnenlopen en ontspannen tussen groen, dan levert dat al een belangrijke bijdrage aan leven en vermindert dit het overleven. Het hoeft niet heel ingewikkeld of heel duur te zijn, het gaat er vooral om dat we er veel aandacht aan besteden.